dinsdag 17 maart 2015

Iedere goede instructeur kan wel 30 pagina's vol over vuur schrijven. Laat ik verder gaan met het tweede deel. Even nog een kleine terugkoppeling naar de theorie, naast de vuurdriehoek is er een ring van vuur. In deze ring van vuur bevindt zich de volgorde van onsteking tot opéénvolgende brandbare materialen.

De ring van Vuur.
Natuurlijk zijn de maten afgeleid van het menselijk lichaam. Dit om in het veld makkelijk de benodigde materialen te vinden. Na de polsdikte kan men grotere stammen gebruiken, het vuur is dan klaar (lees heet genoeg) voor grotere stukken hout. Verwerk deze grotere stukken tot maximaal onderarm-lengte. Dit stelt je in staat het hout met weinig moeite te kloven (met een kleinere bijl).

Afhankelijk van de brandstof kun je het vuur feller maken of meer rustig. Indianen gebruiken bijvoorbeeld stompjes (stamzijde) van de grotere takken van de den/sparren/pijn-bomen. Deze stompjes zijn vaak voorzien van ophopingen van hars (lighter pine of fatwood), waardoor het vuur feller brandt. Je kunt dus stappen overslaan als je een verbeterend element gebruikt in je brandstof. Door veel te spelen in verschillende omstandigheden ontwikkel je gevoel voor vuur....



Gereedschappen.
Het gereedschap stelt je in staat het brandbare materiaal te verwerken tot een optimale maat. Naast logisch nadenken (hersenen) zijn je handen de basis voor het verwerken. Belangrijk is om deze handen goed te beschermen. Goede handschoenen behoren zeker tot het basispakket.

Rundlederen handschoenen
Goede sterke handschoenen van runderleer, vuurbestendig (potje of pannetje van het vuur mee halen) en bescherming tegen de bekende prikkers zoals doornen en stekels die er niet doorheen komen. Ook voor het versjouwen van kwarrels, dikkere stammetjes en stenen. Dunne handschoenen zijn niet bestand tegen de prikkers en kunnen minder goed tegen hitte, maar kunnen zeker afdoende zijn. All personal preference....




Enzo Trapper full-tang

Een goed scherp mes is een onmisbaar stuk gereedschap voor de bushcrafter. Ook voor het maken van vuur, bijvoorbeeld voor het maken van feathersticks of batonnen van kleinere stukken hout. Neem bij voorkeur hiervoor een full-tang mes bij het batonnen (het lemmet loopt geheel door naar het einde van het handsvat).



Bahco Laplander
Sinds niet al te lange tijd is een inklapzaag een standaard stuk uitrusting geworden. Neemt weinig plaats in, veilig en is verrassend efficiënt.

Voor al het gereedschap geldt, als je het gereedschap goed verzorgt, is het ook goed voor jou. Scherp houden, schoon en droog opbergen.

Voor de meer traditionele bushcrafter is er een bucksaw. Oftewel een spanzaag. De spanzaag is zwaarder en neemt meer ruimte in beslag dan de klapzaag. Een spanzaag zaagt wel sneller en grotere stammen, je scoort absoluut extra punten voor stijl...

Een goede bijl (geen klusmarktbijl) is je grote vriend bij het maken van de diverse dikten hout. Splijten, afkorten en ontbasten gaat snel en efficiënt. Ook deze dient scherp te zijn. Het gebruik van de bijl vereist wel een veiligheidsinstructie. Deze kun je volgen op Het Bushcraftweekend (stichting Bushcraft) of bij veel survival- c.q. bushcraftscholen.

Ik heb veel mensen de bijl op een verkeerde manier zien gebruiken. Met gevaar voor vingers, knieën, voeten en schenen. Het is een krachtig stuk gereedschap wat respect vereist (net als een mes). Maar veilig, in geoefende handen, zeer bruikbaar.

Ook zonder gereedschap kun je een eind komen. Dikke kwarrels kun je breken tussen twee nabij staande bomen, met een hefboomtechniek. Splijten gaat helaas een stuk moeilijker zonder gereedschap !

Nu we weten welke gereedschappen nuttig zijn voor het verwerken van hout gaan we naar het volgende hoofdstuk.

Onstekingsmiddelen.
Middelen waarmee we onze tondel kunnen ontsteken. Denk hierbij aan vergrootglas, aansteker, lucifers, firesteel, mag-bar, vuurslag met vuursteen.

Een populair onstekingsmiddel is de firesteel. Een firesteel werkt altijd, nat of droog. De firesteel geeft een groot aantal zeer hete vonken af bij het schrapen. Waardoor fijne houtkrullen ontsteken en vlam vatten. Een aansteker werkt meestal niet wanneer deze nat is (maar is nog steeds de eenvoudigste methode en mijn eerste keuze om een vuur aan te maken). Lucifers zijn nat en bij koude niet je grote vriend.

Dan wordt al snel duidelijk waarom een firesteel een uitstekend middel is om je tondel te ontsteken. Draag deze op de man op een manier dat je deze niet kunt verliezen. Met een mini karabiner en koord aan de broek bijvoorbeeld.

De Mag-Bar wie kent hem niet. De voorloper van de firesteel en voor velen nog steeds de eerste keus. Vervelend is dat er inmiddels een aantal vervalsingen op de markt zijn, die slecht of totaal niet werken. Ze zijn bijna niet van de echte te onderscheiden. De meeste vervalsingen hebben een hoge metaalglans als ze uit de verpakking komen of de stift laat los, daarnaast altijd de 'Made in China' markering. Het metaal is veel harder en de schraapsels ontsteken niet. Koop ze dus bijvoorbaat van een gerenommeerd merk. Een reden des te meer van te voren te oefenen met je materiaal !

Neem daarnaast tenminste nog twee bruikbare ontstekingsmiddelen in je vuurkit mee. Bijvoorbeeld een aansteker en een reserve firesteel. Mocht de aansteker nat zijn, kun je altijd terugvallen op de firesteel. Een vuurkit dien je altijd met backup uit te voeren.
Mag-Bar made by Doan, matglans.
Een andere leuke maar minder betrouwbare manier is een vergrootglas. Het vergrootglas heeft nog twee andere sterke eigenschappen nodig. Een sterke zon en een vergroting van tenminste vijf keer. In het zuidelijker van de aardbol volstaat drie keer, maar voor de zekerheid raad ik toch tenminste vijf keer aan. De freshnel-lens is (credit-card formaat) een aardig alternatief die weinig ruimte inneemt, daarnaast is een lens ook handen om splinters (ehbo) te verwijderen of gewoon leuk om een plantje of insect beter te bekijken.

De traditionele manier (let op die punten voor stijl) is met vuursteen en vuurslag. Voor deze methode is ook een medium nodig. Dit medium moet altijd voorgebrand of vergast zijn, wat meestal in een blik gebeurd met een klein luchtgaatje. Het medium kan katoen zijn (neem niet te dun katoen), vermolmd hout of zelfs jutte. Voorkom dat het katoen verbrand bij het maken (als er geen rook meer uit het gaatje komt is het klaar). Wat ook kan is lampkatoen met een verbrand randje. Zorg wel voor honderd procent katoen. Katoen met kunstvezels werkt niet goed. Een oud t-shirt, laken of spijkerbroek kun je hier goed voor gebruiken.

Een goed gebruik is als het blikje bijna leeg is een nieuwe voorraad charcloth (voorgebrand katoen) of charred punkwood (voorgebrand vermolmd hout) te maken.

Vuurslag-setje met blikje



Whats next...

In deel 3 gaan we de tondel en hout behandelen..

zondag 1 maart 2015

Vuur maken is iets waar ieder mens zich tot aangetrokken voelt. Vuur heeft namelijk naast een functioneel onderdeel, het biedt immers warmte en een gelegenheid tot het bereiden van voedsel en veilig drinkwater, ook een aantal psychologische functies; veiligheid, gevoel van huiselijkheid, gezelligheid en innerlijke rust. Vuur fascineert. Vele mensen zijn "vuurkijkers" en volgen de dansende vlammen.

Je kunt dus stellen dat het maken en vooral het hebben van vuur een belangrijk onderdeel is binnen het (over)leven van de mens, dus ook bij survival en bushcraft. Vele volken stellen dat zonder een vuur er geen huiselijkheid is. Het maken van een vuur is dus het eerste wat men maakt voordat men het kamp opbouwt. Een verblijfplaats moet dus naast een veilige plek voorzien in voldoende brandbaar materiaal.

De vuurdriehoek
In dit deel wil ik het hebben over de theorie achter het vuurtje. Het volgende deel zal dieper ingaan op het onderdeel vuur.

Wat is nodig voor een vuur ?

  • Brandbaar materiaal
  • Zuurstof (lucht)
  • Bepaalde hoeveelheid warmte wat het brandbare materiaal kan ontsteken.

Haal één van deze essentiële onderdelen weg en je zult zien dat de driehoek verbroken wordt. Resultaat is dat er geen vuur ontstaat.


Brandbaar materiaal.
Het materiaal wat goed te onsteken is en voldoende hitte creëert voor een doorlopende onsteking. Het materiaal is onderdeel van de "ring van vuur". De ring van vuur bestaat uit de verschillende stages die nodig zijn om een "goed" vuur te maken. Een goed vuur is een doel op zich; even een kopje thee of koffie maken, of een vuur wat je de hele nacht warm houdt ?

Laten we even de ring van vuur ontleden: 
onstekingsmiddel -> tondel -> luciferdikte -> potlooddikte -> wijsvingerdikte -> duimdikte -> polsdikte.


De ring vertelt ons dat een geleidelijke opbouw van dikte ons een goed vuur oplevert. Het vuurtje geeft ons een onstekingsmiddel om meer vuren aan te maken, vandaar de naam ring van vuur.


Onstekingsmiddel.
Lucifers, aansteker, firesteel, magnesiumbar, charcloth icm vuurslag/vuursteen, kooltje van vuurboog, vuurploeg, vuurpomp, etc.



Tondel.
De tondel kan zowel natuurlijk zijn, als bewerkt, denk aan: droog gras, lisdoddesigaar, schraapsel van hout, feathersticks, berkenbast, vaselinewatten, kaarsvetwattenschijven, fatwood, BBQ-aanmaakblokjes, BBQ-firegel, etc, etc.
Een open plek met zon en veel wind geeft droge tondel van natuurlijk materiaal.
Indien men natuurlijk materiaal gebruikt, kneus het matriaal in diverse richtingen, zodat vezels naar buiten komen, indien mogelijk meng het met grove en minder grove soorten. De opstaande vezels vatten namelijk het eerst vlam. Voor feathersticks, probeer deze zo dun als mogelijk te snijden.


Hout.
De rest van de ring bevat hout in de diverse diktes van een bomen en struiken.
Luciferdikte, van takjes, alsmede potlooddikte. Wijsvingerdikte wordt soms samengevoegd met de duimdikte, toch is het een dikte die bij wat vochtiger hout niet moet worden overgeslagen. Hierna komt de polsdikte. Als de polsdikte goed brandt kun je grotere delen op het vuur gooien.

Vocht in het hout.
Een vochtig weertype brengt dus kleinere stappen en vooral geduld met zich mee. Vocht zorgt ervoor dat de hitte niet snel genoeg opkomt, omdat men eerst het vocht moet verdampen. Dit resulteert in een zeer langzaam opkomend vuur. Zorg voor tondel en hout in de eerste fasen dat goed droog, dus goed brandbaar is. Hout droogt in de lucht en goed met een zonnetje. Dus geen takjes van de grond, maar dode takken. Voor het vuur gebruik je dode bomen die staan of van de grond af liggen. Groen hout is alleen geschikt om te snijden en boven een vuur iets te roosteren. Afhankelijk van de soort duurt het ongeveer 1 maand per cm dat hout droogt, mits gekloven.

Droge takjes hoor je echt knakken. Dikkere takken kun je tegen je wang aanhouden, voelt deze koel dan is deze niet droog genoeg, voelt deze warm dan is deze goed om te gebruiken.


Welk hout.
Niet iedere houtsoort is even goed. Sommige soorten branden snel en fel. Berk is een boom die natuurlijke olie bevat welke snel brandt. Den en spar bevatten veel harsen die zeer brandbaar zijn. Dit zijn bijvoorbeeld ideale starters, om daarna over te gaan op langzaam brandende soorten zoals o.a. es, beuk en eik. Vermijdt taxus, kastanje en populier. Iep en els is ideaal als mix hout, dus als het vuur al lekker een kolenbed heeft. Kloof je dikkere hout altijd, dit komt de brandbaarheid ten goede. Ook droogt het zo sneller, de schors en bast is een goede beschermer tegen vocht van buitenaf, maar houdt vocht binnenin ook goed vast.


Vuurveiligheid.
Veiligheid rondom een openvuur, of zelfs met een brander, is vaak een ondergeschoven kindje. Veeg bladeren en takken rondom weg, tot op de kale ondergrond, één meter vanaf de rand van het te maken vuur. Kijk of er geen wortelen van bomen en struiken liggen. Kijk uit voor droge turfachtige grond (deze kan ondergronds branden). Vooraf opzoeken of er geen droogtecodes zijn afgegeven. Op de website http://www.natuurbrandgevaar.nl kun je dit controleren. Zorg voor blusmiddelen (zoals water en zand) en houdt je vuurplek netjes. Geen spullen waarover je kunt struikelen, stapel hout netjes op. Als laatste maak een proportioneel vuur, dus voor een maaltijd geen twee meter hoog vuur maken. Vergeet niet na het vuurplekgebruik deze netjes volgens "Leave no trace" achter te laten!



Kookvuur.
Koken doe je eigenlijk op de kooltjes en niet direct in de vlammen. Dit omdat het koken op vlammend vuur een oncontroleerbaar resultaat geeft (Schuif eventueel wat kooltjes apart om op te koken of bakken). Met uitzondering van het koken van water. Het roosteren van vlees en vis moet rustig gebeuren. Een pan verdeelt de hitte, echter een direct vuur niet. Een truukje wat ik gebruik is je hand bij de kooltjes te houden, als ik deze 4-5 tellen op die plek kan houden voordat mijn hand te warm wordt, is deze plek goed om vlees of vis te roosteren. Dit kost wat meer tijd, echter voorkomt een zwarte kraaklaag, droog of oneetbaar voedsel. Kampvuurkoken is een leuke bezigheid en is een hobby opzich.

Tip.
Het herkennen van bomen helpt het juiste hout voor je kampvuur te selecteren.
Op de website http://www.bomengids.nl kun je leren deze te herkennen.

De volgende keer in deel 2.
In deel 2 vertel ik meer over de volgende fasen en gereedschap wat je helpt om een goed vuur te maken.


Subscribe to RSS Feed Follow me on Twitter!