dinsdag 22 december 2015

Een zeer controversieel onderwerp waar ik liever niet over schrijf, maar het is een belangrijk onderdeel binnen survival en bushcraft. In Nederland is het zetten en laten staan van vallen en strikken verboden, dit valt onder stropen. Het oefenen op zich niet, maar dan heeft u de "groene brombeer" (alias boswachter) toch wat uit te leggen als hij/zij uw constructiepoging gade slaat. Gelukkig ken ik geen bushcrafters of survivallaars die stropen. Stropen in Nederland is grotendeels gebonden aan het op illegale wijze verdienen van geld. Stroperij kunt u in Nederland melden bij 144 (Dierenpolitie).

De wet
Het laten staan van de val levert u een Artikeltje 315  uit het Wetboek van Strafrecht op. U mag een maandje bedenktijd met spijlen tellen of een geldboete uit de vierde categorie ontvangen. Alles is dus voor eigen verantwoording, wat u hier leest is dus strikt geheim, dus mondje dicht!

Valkuilen
Zo de waarschuwing staat er. Het zomaar zetten van vallen en strikken in het wilde weg heeft totaal geen zin. U zult dus enige kennis moeten vergaren over het dier wat u probeert te vangen. Gedrag, beschikbaar voedsel, diersporen, fysiek, de habitat, wissels en de afwijkingen leveren essentiële informatie. Daarnaast is het van belang dat u naast de juiste keuze van de val of strik, deze kunt afstellen op de verwachte actie, het finetunen. Het observeren en oefenen zijn niet te onderschatte onderdelen. Ook het weer kan behoorlijk parten spelen, harde wind en/of regen kunnen fijngevoelige valletjes activeren. Presentatie is alles.


Wilde dieren hebben een bijzonder gevoel voor hun omgeving. Veranderingen merken ze snel op. Afhankelijk van de diersoort kan dit juist interessant zijn, niet veel uitmaken of blijven ze er een tijdje vandaan. Geuren zijn voor veel dieren een aanwijzing, dat er een bijzondere verandering is.
Mensen kunnen deze geuren vaak niet ruiken en laat nu juist de mensengeur een onmiskenbare verandering zijn.

In veel survivalprogramma's wordt niet gesproken over de hoeveelheid vallen en strikken die worden uitgezet om iets te vangen. Met één valletjes komt u er niet en het gokken op één diersoort is ook niet verstandig. Grote dieren zijn sterk, veelal sterker dan u denkt en zijn moeilijk te vangen, kies bij voorkeur kleinere prooidieren. Het camoufleren en tunnelen wordt vaak vergeten en is belangrijk. Camouflage zorgt er voor dat de val of strik er 'natuurlijk uitziet', dit om argwaan te verminderen. Tunnelen dwingt het dier naar de val of strik toe.

Niet bruikbare delen weggooien is een andere. Indien u een vangst heeft kunt u juist met deze delen andere dieren vangen. Zeer bruikbaar in een survival situatie.

Materialen
Ook een veel gemaakte vergissing de selectie van verkeerde materialen. Een aantal diersoorten zijn zo flexibel of krachtig dat ze snaren kunnen doorbijten. Houdt dus rekening hiermee. In een echte survivalsituatie is deze materiaalvrijheid er meestal niet en alles hangt af van wat er te vangen is, maar selecteer dan zo mogelijk prooidieren die passen bij de beschikbare materialen. U kunt met de keuze van vallen en strikken wel e.a. omzeilen. Koperdraad, dun staaldraad, de flexibele binnendraad van antennekabel, swivels, vishaken, allerlei soorten visdraad, polycoord, paracoord, et cetera zijn allemaal nuttige materialen om vallen en strikken mee te maken. Gebruik zoveel mogelijk droog hout, tenzij het een voordeel geeft. Vers hout heeft de neiging te krimpen, wat dus een variabel resultaat oplevert.

Voorbeelden
Hieronder vindt u wat voorbeelden van vallen en strikken, het gaat dan vooral om het basismechanisme, want u kunt ongelofelijk variëren met de gebruikte technieken. Indien u in een overlevingssituatie komt, is het van belang dat u de vallen en strikken regelmatig controleert. De vos, marterachtigen en een aantal roofvogels kunnen op land uw vangst zonder bedankje waarderen. In en rond het water zult u rekening moeten houden met eventuele snoeken en snoekbaarzen, diverse watervogels, hier en daar een verdwaalde paling. Nederland is een land met veel huisdieren. De kat en hond kunnen onbedoeld uw bouwwerk activeren.

Wie mijn workshop "mesveiligheid en trystick maken" heeft gevolgd, op bushcraftweekenden in Nederland en België herkent de snijwerken. De keuze voor deze cuts, notches en reductions is niet voor niets :-)

Klik HIER voor mijn blog over mesveiligheid en trystick maken.

Nogmaals geen strikken en vallen laten staan!


Een flexibele verende tak zorgt voor de vangst.
Ook hier wordt een flexibele tak gebruikt.
De flexibele tak zorgt voor de actie.
De bekende figure 4 deadfall.
Variant op de deadfall, echter veel gevoeliger.
Een simpele snaar bij een konijnenhol

Dit zijn zomaar 6 voorbeelden van vallen en strikken die bruikbaar zijn. Op internet zijn nog veel meer variaties te vinden, niet allemaal even goed helaas. Om de goede van de slechte te onderscheiden is oefening en dus ervaring nodig. Eigenlijk komt hier alles samen; knopen, snijvaardigheid, spoorzoeken, materiaalkennis, et cetera.

De meeste tijd gaat zitten in finetuning en de presentatie van de val of strik.

Een heel goed (oud) boek is "Camp life in the woods and the tricks of trapping" door W. Hamilton Gibson. Een dikke 200 pagina's vol met uitleg en tips.

Veel succes met oefenen !



maandag 14 december 2015

In het vorige deel hadden we het over de tussenlaag. Deze tussenlaag hoeft niet uit één laag te bestaan. Naar gelang de koude kunt u aan deze laag ook extra kleding toevoegen. Kies voor goed isolerende, maar vochtafvoerende lagen kleding. Het is altijd verstandig om ook het hoofd aan te kleden. Het hoofd geeft veel warmte af. Soms wordt er geopperd dat dit wel kan oplopen tot 80 procent. Volgens recente onderzoeken blijkt dit een aandeel rond de 10 procent te zijn (Bron: onderzoekers Vreeman en Carroll), wat nog steeds een aanzienlijk deel is. Het gezegde "hoedje op, warme voeten" blijkt te kloppen.

Buitenlaag
Voor de buitenlaag zijn er een aantal opties. De buitenlaag moet vooral beschermen tegen wind en nattigheid. Als de onderlagen goed zijn opgebouwd is er ruimte om te kiezen welke buitenlaag het best bij de situatie past. Het is dan ook niet vreemd om een dichtgeweven katoenen buitenlaag te dragen bij temperaturen dik onder nul. Voor bushcraft kan dit voordelen hebben bijvoorbeeld bij het maken van een vuur. Dure ademende kunststoffen zijn niet ongevoelig voor vonken, ook laat de duurzaamheid van ademende kunststoffen wel eens te wensen over. Op plekken waar de stof veel vouwen heeft gehad, vies wordt of langdurig onder druk staat (zoals door een schouderriem of heupband) zal uiteindelijk vocht van buiten binnendringen. Ook is er een speciale shampoo nodig om de werking te herstellen bij ademende kunststoffen.

Gore-tex en bilaminaat werken inmiddels redelijk, daar is wel heel wat jaartjes ontwikkeling overheen gegaan. Vanaf 1969 zijn de heren Gore al bezig om de uitvinding te verbeteren. Het werkt goed bij koude droge buitenlucht, indien de buitenlucht vochtig is, verliezen Gore-tex en bilaminaat hun voordelige werking. Hieronder ziet u de Gore-tex (expanded PTFE) laag microscopisch uitvergroot, normaal is deze verwerkt tussen een stof van 1 of 2 lagen. 

Goretex microscopic foto van Abrev - Wikipedia
Een buitenlaag hoeft niet per sé ademend te zijn. Met de tussenlaag kun je behoorlijk compenseren. Probeer zo min mogelijk te zweten, dit kan door dan bijvoorbeeld te kiezen voor een iets wijder anorak model (maar ook aangepast werktempo).  Kies een jas met een aantal ruime zakken, voorzien van een soepele grote rits of grote knopen. Het criterium is dat de zakken ook met handschoenen aan te openen zijn. Let op dat de manchetten goed afsluitbaar zijn en de mouwen niet te kort. Draag het mes aan een riem aan de buitenkant van je buitenste beschermlaag, zodat de warme lucht zoveel mogelijk in de isolerende lagen behouden blijft, omdat de buitenlaag niet steeds omhoog getrokken wordt.

Zweedse leger anorak



Handschoenen
De handschoenen kunnen we opdelen in twee soorten die vaak gebruikt worden. Wanten en de vijfvingerige. Hoe kouder het wordt, des te beter is het om de vingers bij elkaar te houden, uw handen blijven dan veel beter warm. Echter bij bushcraft bent u gebonden aan klusjes zoals hout verwerken. Met de losse wanten is dit een ongenoegelijke taak. Het advies is dan om twee handschoenen gecombineerd te dragen, een paar waarmee u makkelijk kunt werken (vijfvingerig) alsmede de warme wanten voor als u geen taken hoeft te verrichten. Deze binnenhandschoenen kunnen van wol of leer zijn. Probeer voor uwzelf wat het beste werkt, uiteraard voor u de koude wintersneeuw in duikt. Denk aan een goede overlap met de mouwen en genoeg ruimte om de duim-pink test te doen (methode om op onderkoeling te testen).


Leuke wanten, maar deze dus niet ! (foto plusonline.nl)

Deze zien er beter uit !


Alle tips vallen of staan met de temperatuur waarin u terecht komt. Het is aan te raden één laag extra aan te doen dan vermoedelijk nodig is. Makkelijker is het om deze laag uit te trekken, dan te constateren dat u niet afdoende gekleed bent. Dit kan een plezierig buitenverblijf behoorlijk verstieren. (onderkoeling is geen pretje).

Broeken
Broeken zijn een verhaal apart. Deze zijn er zowel gevoerd als ongevoerd. Spijkerbroeken kunt u vergeten, ze zijn zwaar en als ze nat worden heeft u meer zorgen dan bescherming. De benen kunnen behoorlijk afkoelen. Een sneldrogende broek of wol heeft de voorkeur. Door het ondergoed en lange sokken tot aan de knieën kunt u het proberen met een ongevoerde broek. Dit zal echter niet voor iedereen overal werken. Een gewatteerde tussenlaag kan dan uitkomst bieden (ik vermijd ze liever, anderen vinden ze heerlijk) zoals de koudweerbroek, denk dan ook aan de bretels :-)

Koudweer broek (tussenlaag)

Uithoudingsvermogen
Een andere, niet onbelangrijke, schil is het lichaam zelf. Een goed uithoudingsvermogen draagt bij aan de interne kachel en het zo droog als mogelijk blijven tijdens de klusjes buiten. Hoe romantisch winterbushcraft ook lijkt, goed voorbereid op pad gaan is een must tegen teleurstelling. Wen uw lichaam rustig aan deze omgeving. Het opereren vanuit een basecamp is een ideale tussenoplossing.


Tot slot een acroniem om de essentiële punten te benadrukken.

C O L D 

Clean - Houdt u zelf schoon alsmede de kleding. Schone kleding isoleert beter.
Overheating - Voorkom oververhitting door aangepast werktempo en lagen uit te trekken.
Layers - Kleedt uzelf in ietswat wijde lagen. Lieft één laag meer dan nodig.
Dry - Voorkom zweten en dat kleding vochtig wordt. Droge kleding isoleert, natte kleding veel minder of helemaal niet meer. Droog uw kleding bij gelegenheid.

Tip: In de Vogezen heeft Randoloup een basecamp ingericht. Wellicht een prima optie voor u. Zie https://www.randoloup.com


zaterdag 5 december 2015

Koning Winter, de enige koning zonder troon en diens rede wordt alleen uitgesproken door de notabele weerman. Telkens weer voelen we zijn macht aan het einde van het jaar.  Winterbushcraft is eigenlijk een soort SM maar dan met dikke kleding aan. Vergeet de zweepjes en knijpers. Hiervoor in de plaats is het noeste arbeid, druppel aan de neus en proberen niet te zweten...

Toch willen vele bushcrafters hun romantische trekken eens een platform geven, voornamelijk in de sneeuw in een bergachtig gebied. Alles is daar een stuk moeilijker en vergis u niet, een kleine fout wordt vaak genadeloos afgestraft. Het begint met goede kleding, de eerste beschermlaag. Om te beginnen moet de kledingkeuze (en schoeisel) aan een aantal eisen voldoen.

  • Kleding moet voldoende tegen de elementen beschermen.
  • Kleding moet transpiratie vocht kunnen opvangen en afvoeren.
  • Kleding moet blijven isoleren.
  • Kleding moet de gehele dag prettig zitten, makkelijk uit te trekken.
  • Kleding opbouw in meerdere lagen.
  • Kleding moet niet hinderen bij het uitvoeren van werkzaamheden/lopen.
Met deze regels in gedachten kunnen we een keuze maken, echter alles is afhankelijk van de locatie waar u de romantische gevoelens probeert te toucheren. Twee meter diepe sneeuw, korte broek met wollen sokken en sandalen is niet een lekkere combinatie.

Schoenen
De stevige bergschoenen of de 'kisten' zijn drie seizoenen een prima onderdeel van de uitrusting, in de sneeuw hoeft dit niet zo te zijn . Gelukkig kunnen we wel iets rommelen in de marge. Inlegzolen met bont, een extra paar dikke sokken en gamaschen (gaitors) zijn goedkope aanpassingen die net genoeg kunnen zijn. Dit geldt alleen voor droge sneeuw en niet voor temperaturen onder de minus tien graden celsius. Bij ieder mens is de tolerantiegrens anders qua koude. Verwacht u ook natte sneeuw of nog koudere temperaturen, dan komt u al snel uit op gevoerde laarzen, voorzien van rubberen delen.

Sorel Caribou
Schoenen zijn vaak een ondergeschoven uitrustingsstukken, maar in sneeuwlandschap kan dat u lelijk opbreken. Sorel, Baffin en Kamik maken goede winterlaarzen. Let daarbij goed op het profiel. Ik kan echter niet genoeg benadrukken om de laarzen in de winkel te proberen voor een goede pasmaat, welke per merk behoorlijk kan verschillen. Vervolgens komt de vraag waar u de schoenen mee vult, daar kan ik echter vrij kort over zijn. Wollen sokken (militaire) maken hier de maat. Neem een extra paar mee, in de betere dumphandel zijn ook de koudweer sokken verkrijgbaar. Zoals u waarschijnlijk wel begrijpt, dient u de sokken en schoenen goed te drogen na het buitenavontuur. De volgende dag is het zeer aan te bevelen om van sokken te wisselen.

Thermo ondergoed
Enfin, we gaan verder naar het ondergoed, want naakt met goede schoenen is alsnog koud. Omdat uw lichaam warm dient te blijven en dit veel makkelijker lukt met droge lucht, is het verstandig om zo droog mogelijk op de huid te blijven. In de tropen en/of woestijn klimaat is andersom vaak prettig en dan is katoen of zijde een betere optie. Transpiratie moet dus worden afgevoerd, zoals aangegeven en een aantal stoffen zijn hier goed in; wol, polypropyleen soms in combinatie met zijde.
De wolsoort bij uitstek hiervoor is merino, merino is zacht, prikt nauwelijks, neemt vocht op en voelt lekker warm op de huid. Polypropyleen, neemt vocht op en blijft net als wol lekker warm op de huid. Echter heeft als nadeel dat het ook geurtjes vasthoudt, waar wol veel minder gevoelig voor is.
Wol is echter stevig aan de prijs. Thermo-shirts en -broeken moeten goed van lengte zijn en elkaar overlappen. Vergeet een goede afsluiting op hals (die ook open kan met een rits), polsen en enkels niet. Ook bij het bukken! De sokken moeten de pijpen van de broek goed overlappen anders zou de lichaamswarmte kunnen weglekken. Natuurlijk controleren dat het ondergoed ook voor de dagelijkse daad (lees: plassen en poepen) goed bereikbaar is, open- en dicht kan.

Een goed voorbeeld is de Icebreaker Merino Oasis Long Sleeve Half Zip (scrabble woordwaarde 69 punten, zie dvorkin). Nee, ik heb geen aandelen of verbintenis met Icebreaker, maar goed spul mag genoemd worden. Sluit goed aan op de hals, de polsen en heeft een nette rits tot op de borst om bij werkzaamheden te openen. Niet alleen handig bij bushcraft, maar ook bij het skiën en op de fiets.

Icebreaker Oasis. Foto: Icebreaker

Vaak zijn we alleen kritisch op wat er in de rugzak gaat, maar in het koude landschap is de kleding qua uitrusting prioriteit nummer één!

Tussenlaag.
Als tussenlaag is de isolatie belangrijk. Fleecetruien zijn dan geen verkeerde optie. Die mogen gerust dik en luchtig zijn. Neem echter een degelijk merk, vergeet die goedkope fleecetruien maar. Goedkope fleecetruien zijn dun van weving en dikte, hierdoor houden simpelweg geen genoeg warmte vast. Geen probleem in de lente, zomer of herft in een gematigd klimaat, maar in de bergen in de winter geen optie. Ook hier kan ik één fleece soort aanbevelen; Polartec fleece heeft een dichte weving en isoleert twee tot vier keer beter dan goedkope merken. De voorkeur gaat uit naar een trui met een capuchon, anders is een ninja-style fleece hoofdkap een goed alternatief. U vindt deze helaas bij de wat duurdere producenten zoals o.a. The North Face, Killy, Patagonia, Helly Hansen. Goedkope altenatieven heb ik nog niet gevonden.

Fleece Coldweather Cap


Wilt u weten hoe fleece gemaakt wordt? Klik dan hier.

Fleece is weliswaar een goede en vooral lichte keuze, ook wol kan hier een rol van betekenis spelen. De ouderwetse dikke Noorse kabeltrui met een afsluitbare hals is een prima optie, Swandri en Buffelo goede alternatieven. Helaas is wol tegenwoordig erg prijzig. Een goede trui kost u zeker boven de 200 euro. Een ander nadeel is dat wol een stuk zwaarder is dan fleece.

Zelf ben ik meer het traditionele type... alhoewel ik ook Polartec in bezit heb.

Vergeet niet een sneeuwbril of een goede zonnebril aan uw uitrusting toe te voegen. Zodat u op zonnige dagen niet 'sneeuwblind' wordt.

In het volgende deel gaan we in op de buitenlaag en de handschoenen.








 

dinsdag 17 november 2015

Waarom zou een bushcrafter béééhhh zeggen? Aan de andere kant waarom niet. Schapen zijn bijzondere dieren, ze kunnen verliefd worden en produceren ook nog eens wol (Een verliefd schaap is net als een dame die constant tegen je aanloopt voor aandacht). Soms is een bushcrafter niet veel anders.



Wol is tegenwoordig weer de holy-grail voor outdoorkleding, dat is wel te merken aan de prijs ook. Een leuke Noorse wollen trui hangt voor 215 euro in je kast. Hmmm...begin toch aardig op een BC-yup te lijken met mijn Swandri trui.
Swandri Ranger

Maar wat maakt wol nou zo speciaal? Bushcrafters hebben toch wel een romantische hang naar het verleden. Soms wellicht iets teveel. In het geval van de wollen trui is dat zeker terecht, maar vergeet de wollen broek niet, zeker in de winter een heerlijk warm kledingstuk. Als vulling in het dekbed zeker een pluspunt. Eerst even wat feiten op een rij;

Wol is niet voor iedereen.
Met deze uitspraak bedoel ik niet alleen het stevige prijskaartje van zo'n trui of ondergoed. Er zijn mensen met een wol-allergie. Het gekriebel geeft irritatie aan de huid. Ben je tegen dierenmishandeling, koop dan geen UGGS, dit merk slacht de schapen in plaats van scheren. Ook is de verwerking van wol niet helemaal milieuvriendelijk, daar worden nogal wat chemicaliën voor gebruikt om wol mooi, zacht, vetvrij te maken en tegen insecten te behandelen.

Verschillende soorten gebruikt voor kleding.
Wol is er in verschillende kwaliteiten, niet ieder schaap produceert dezelfde kwaliteit. Dit kan overigens per jaar, per soort schaap verschillen. Ook geiten (kasjmir), lama's (alpaca), kamelen, konijnen (angora) en muskusossen produceren wol. Al deze wolsoorten worden verwerkt in kleding. De merinowol komt van merinoschapen, die van oorsprong uit Spanje komen, de meeste merinoschapen leven in Australië. Een merinoschaap produceert zo'n 4-5 kilo wol per jaar. Merino is qua schapenwol de meest fijne wol en zeer geliefd voor kleding en ondergoed.

Merinoschapen (foto: wikipedia)
Wol is wol?
Scheerwol is een beschermd keurmerk dat momenteel in meer dan 100 landen erkend is. Kortom dit is een gegarandeerde standaard. Daarnaast bestaat er blootwol, dit is wol verkregen door chemische behandeling van huiden van dode schapen. Scheurwol is getrokken wol (gerecycled) uit lompen en gemengd met andere garen. Kunstwol is min of meer hetzelfde, echter nog lager percentage wol. Steenwol zit in de spouwmuren van je huis en heeft niets met schapen of wol te maken :-)

Verschillende soorten kledingvezels (foto woolgatherer)
 
Zo even klaar met de achtergrondfeitenstrooierij, anders wordt dit een te wollig verhaal. Even wat sterke punten van wollen kleding op een rijtje:

  • Wol is duurzaam.
  • Wol voert vocht af tot wel 30% van het eigen gewicht.
  • Wol voelt niet snel klammig.
  • Wol blijft relatief warm, ook al is het vochtig, in koude dagen.
  • Wol blijft relatief koel in warme dagen.
  • Wol kan tegen een vonkje (niet onbelangrijk).
  • Wol neemt niet snel vieze geurtjes op.
  • Wol is vuil bestendig.
Lijkt op een wonderproduct, maar wol heeft ook wat minder sterke punten:

  • Voorzichig wassen (Niet te heet, liefst met de handwas). 
  • Duur, zeker angora of kasjmir.
  • Kriebelt (in de vriezer leggen schijnt soms te helpen).
  • Allergische reacties bij sommige mensen.
  • Vlekken blijven er soms inzitten.
  • Zwaar van gewicht.
Gezien de pluspunten is wol als grondstof inderdaad een beetje onterecht in de vergetelheid geraakt voor outdooractiviteiten. Fleecetruien zijn prima, maar wie kent het niet, dat bij de eerste vonk van een vuurtje ontstaat een gat ter grootte van één euro. Peuter dan de polyester resten maar van je vel. In combinatie met vuur is het dus behoorlijk uitkijken. Daarnaast komt het nog wel eens voor dat polyester wat geurtjes absorbeert, dit is wel afhankelijk van de behandeling van de fleece trui. Als ondergoed is merinowol heerlijk regulerend zonder zweterig aan te voelen, ook zijn de merino Icebreaker truien een aanbeveling waard.

Misschien is wol niet zo flashy in de felle gifkleurtjes verkrijgbaar, maar zeker het overwegen waard om buiten in door te brengen. Sterker nog, bushcraft is hip, dus wol ook.


Bekende merken wollen shirts zijn : Swandri, Bison Bushcraft, Icebreaker en Smartwool.









zondag 15 november 2015

Koning winter sluipt langzaam naar binnen en laat ons bezinnen. Tijd om onze trips te evalueren. Natuurlijk heeft u in een soort dagboek alle do's en don'ts bijgehouden. Wat kunt u de volgende keer thuis laten, of wat u juist gemist heeft en nog interessanter hoe u dit gemis heeft opgelost?

Bushcraft is een proces waarbij het bovenkamertje zijn taak heeft, praktisch inzicht is een pré bij het aktief buitenverblijven met beperkte uitrusting. Wintertijd is voor mij ook de tijd om meditatief onderhoud te plegen. Zeg maar gerust de bushcraft APK.

Misschien wel een mooie tijd om Sinterklaas en de Kerstman een knipoog te geven en vast het lijstje op te maken....

  • Bekijk je mes nog even, misschien nog een schoonmaak, slijp- en polijstbeurt. Een dunne coating olie geven voor het wegleggen.
  • Schedes, riemen en lederen tasjes schoonpoetsen en even behandelen met een doek met ledervet of snowseal.
  • De bijl eigenlijk hetzelfde, de steel wellicht nog een keer in de olie zetten.
  • De multitool een poetsbeurt en de bewegende delen in de Ballistol.
  • De tarp of tent uithangen en goed schoonmaken, controleren  op gaatjes, losse lussen en lekken.
  • Hangmat controleren en schoonmaken, het ophangsysteem niet te vergeten.
  • De rugzak, schoonmaken, de lussen, draagsysteem, clips en ritsen controleren, invetten en herstellen.
  • Kookpotten, billycan en mokken, bestek controleren.
  • Waterfles schoonmaken en vullen met water, met een paar druppels bleek, paar uur laten staan. Hierna water weggooien en droog wegzetten.
  • EHBO kit controleren, eventueel vervangen en aanvullen.
  • Toilettas schoonmaken, eventueel aanvullen of wijzigen.
  • Reparatieset controleren, eventueel wijzigen en aanvullen.
  • Waterfilter en slangen eens goed reinigen en goed drogen.
  • Slaapzak goed reinigen, de rits invetten, naden controleren.
  • Bivakzak (goretex of bilaminaat) afborstelen en in de wasmachine (40 graden). Gaten dichten met fietsbandenlijm.
  • Hoofd(zak)lamp controleren, o-ringen, evt. lampje, hoofdband en nieuwe batterij.
  • Schoenen schoonborstelen, wellicht nieuwe veters (parakoord?), zolen controleren en bij lederen schoenen invetten of snowseal.
Ga zo maar even door.

Zorg voor een goede naald en sterk draad, zeker bij reparatie van de rugzak. Barboursgaren (polyester versie) is een draad wat erg sterk is, in verschillende diktes en wordt veel gebruikt in leerbewerking. 0,6 mm is ideaal voor dit soort reparaties (ook in de noodreparatieset). Een alternatief is Tijgergaren (tijgerlogo), echter dit is niet makkelijk verkrijgbaar. Vergeet ijzergaren, dit is wel sterk, maar geeft vlekken als het lang nat blijft. De ritsen invetten met de stomp van een kaars, waardoor deze weer lekker soepel open- en dicht gaat.

Barboursdraad verkrijgbaar in vele kleuren


Voor staalwaren zoals mes en bijl kun je een kookolie (olijf- of zonnebloemolie)  gebruiken, echter nog beter is Ballistol (kan ook op de houtdelen). Ook gekookte lijnzaadolie is prima. Gebruik deze met papieren doeken en verbrand deze na gebruik. Voor houtwerk doe ik zelf de olie goed heet maken, zodat deze dieper in het hout trekt. Warme olie werkt niet zo heel goed op metaal aangezien dit dan kleverig wordt. Natuurlijk eerst goed schoonmaken voordat de olie er op gaat. Twee tot drie keer per jaar is voldoende.

Ballistol is uitstekend voor mes, zaag en bijl


Waterflessen of je waterzak vullen met handwarm water, acht druppels huishoudbleek erin. Na 4 uur leegmaken en naspoelen. Vergeet ook de dop en eventuele slangen niet. Mondstuk controleren op scheuren, indien deze lekt dan vervangen (op ebay zijn goede vervangers verkrijgbaar). Goed drogen en weghangen/zetten.

Slaapzakken zijn echte verzamelaars van vocht en lichaamsvuil. Tijdens je tochten is het raadzaam na de nacht deze goed te luchten en uit te slaan. Een binnenzak is een prima manier om de slaapzak van binnen schoon te houden, maar soms wat ongemakkelijk in combinatie met het liggen in een hangmat. De wasmachine brengt hier uitkomst, een donzen slaapzak is iets moeilijker. Hiervoor is speciale shampoo in de handel (o.a. Rapide), bij iedere goede outdoorwinkel verkrijgbaar. Soms helpt het wassen met een tennisbal in de wasmachine om de veren extra 'los te slaan'. Tijdens het drogen regelmatig de veren los slaan, ook al is deze speciaal gewassen. Niet vergeten om de rits in te vetten met wat kaarsvet. Slaapzakken nooit gecomprimeerd opslaan voor langere tijd, altijd uithangen. Compressiezakken nakijken op losse naden en losrakende straps.

Vergeet je outdoorkleding niet te controleren !


Zo even wat tips voor de stormachtige dagen en met onderhoud zijn deze dagen snel gevuld....en onthoudt "zorg goed voor je gereedschap dan zorgt het gereedschap ook goed voor jou".








woensdag 4 november 2015

Koken zonder koeken, nee...geen gevulde koeken (van de echte koekenbakker) maar aankoeken. Dit keer duikt de TrailTraveller in de potten en pannen, want er is wel degelijk verschil tussen de gebruikte keukenwaar in outdoorland.

RVS, titanium en aluminium zijn de keuzes qua materialen voor de lichtgewicht buitenkok.
Een voorbeeld van een pannenset (Ridgeline Camp Cookset).

Zoals u inmiddels gewend bent, krijgt u eerst van mij streng kloek onderwijs in wat eigenschappen der metalen om mijn verhaal en betoog een stukje te verduidelijken. We gaan eerst even naar de keuken van Bram de Koksman.


De keuken van Bram.
Bram is kok in een aardig restaurantje op de Veluwe. Kookt regelmatig een potje wild. Bram is dol op zijn pannen. Zijn pannen zijn niet te betalen zo duur. Waarom? Bram gebruikt pannen van koper en die zijn uiteraard niet lichtgewicht. Dit is niet voor niets, aangezien in een restaurant alles zo gelijkmatig mogelijk moet worden gekookt en gebakken voor een goed, mooi en lekker resultaat. Niets geen PTFE (Teflon anti-aanbak coating), met een giftige lijmlaag in een restaurant, deze gaan niet lang genoeg mee.

Alleen water.
Nu is het minder kritisch als u alleen maar water kookt voor de kant-en-klare outdoormaaltijden. Maar als u iets meer wilt, dan kan de materiaalkeuze van belang zijn. Laten we eerst even kijken naar wat eigenschappen van veelgebruikte metalen.

Thermische geleidbaarheid.
Koper is een metaal wat behoorlijk goed warmte geleid en niets is fijner als bij het koken de warmte over de gehele pan wordt verdeeld. Gebeurt dit niet dan zal de hitte lokaal blijven en dus concentreren op één beperkt gebied. Gevolg is dat het eten op die plek veel hitte te verduren krijgt en zal aanbranden. U kunt deze eigenschap ook juist gebruiken, u gaat dan koken met hitte zones, dit zie je vaak terug in de Aziatische keuken (wok) of bijvoorbeeld met een Amerikaanse style bbq. Helaas is koper ook bijzonder prijzig en vooral aan het gewicht, dus in basis niet helemaal geschikt voor het outdoorverblijf. Af en toe worden er combinaties gebruikt zoals een koperplaat op de bodem voor een betere hitte verdeling en juist dit probleem te voorkomen.

De opgegeven waarden zijn in W/m*K - Hoe hoger des te beter de thermische geleiding.

Aluminium.
Een prijstechnisch gunstig alternatief is aluminium, daarnaast is aluminium licht en makkelijk verwerkbaar. Aluminium is echter een zachte metaalsoort. Door de oppervlakte te anodiseren of vermengen tot een legering worden deze eigenschappen verbeterd. Vliegtuigaluminium is bijvoorbeeld een zeer sterk en licht soort legering. Een voordeel van aluminium is de eigenschap om hitte zeer goed te verspreiden en af te geven. Het smeltpunt van aluminium is laag (660 graden celcius), echter hoog genoeg voor een normaal kookvuur (450 graden celcius). Het anodiseren verhoogt het smeltpunt van aluminium aanzienlijk (>1500 graden celcius). Daarnaast wordt de oppervlakte behoorlijk sterker, de thermische geleiding neemt hierdoor wel iets af. Mijn advies is om geanodiseerde aluminium pannen en potten gebruiken indien uw keuze op aluminium is gevallen. Aluminium pannen en potten verkleuren door voedsel.

Geanodiseerd aluminium heeft vaak een duidelijk een andere kleur


De alufabel.
Een hardnekkig fabeltje doet nog steeds de ronde over aluminium, het gebruik ervan zou de hersenen aantasten, door de losse aluminiumdeeltjes die meekomen in het eten. Verdergaand medisch onderzoek heeft aangetoond dat dit niet het geval is. U kunt zorgeloos gebruik maken van uw aluminium potten en pannen. Het afschrapen van schilfers kunt u voorkomen door houten lepels en -spatels te gebruiken.

Staal.
Een stalen pot of pan is zwaar en stevig. Echter moet goed droog gemaakt worden. Helaas geeft de stalen pot nog wel eens een 'metaalsmaak' af, die niet iedereen kan waarderen. De stalen potten zijn dan ook veelal vervangen door RVS of bekleed met emaille. Stalen pannen moet je goed 'seasonen' voordat ze in gebruik kunnen worden genomen. Hierna moet u deze beschermlaag goed behandelen en bijhouden om het plakken en aankoeken van voedsel te voorkomen, dit voorkomt ook de vervelende metaalsmaak. De hitte geleidende eigenschap van staal is niet best, ook al is dit beter dan RVS en titanium. Staal kan een stevige temperatuur aan en is zodoende erg geschikt voor houtvuur. Ook hier compenseren met voldoende boter of kookolie. Voedsel kan staal verkleuren.


RVS (INOX 304).
De RVS pan straalt een luxe uit, de luxe van het makkelijk schoonmaken en zijn robuustheid. RVS is gewoon makkelijk in de omgang, verkleurt niet door voedsel, stevig en is bestand tegen hoge temperaturen. In de grafiek kun je ook zien dat het niet een metaalsoort is wat goed de hitte geleid. Je zult dus zien dat voedsel sneller aankoekt omdat de hitte niet ideaal wordt verspreid. Met metalen lepels en -vorken in de pan of pot roeren is geen probleem. Een groot nadeel is echter het gewicht, deze is behoorlijk zwaarder dan aluminium of titanium. RVS potten en pannen zijn goedkoop verkrijgbaar. Hier moet u de kunst van het weglaten uitvoeren om gewicht te besparen.


Titanium.
Titanium het metaal wat een gouden toekomst heeft, althans volgens de handelaren. Enigszins stevig, super licht en goed verwerkbaar. Nadeel is de prijs, deze is aardig pittig te noemen. Helaas ook voor titanium geldt dat de hitte zeer slecht verspreid wordt. Als u niet goed oplet is uw eten aangebrand. RVS was al niet fantastisch, maar titanium valt baktechnisch gezien behoorlijk tegen. Eieren bakken in een titanium pan is eigenlijk een NO-WAY, ook al gebruikt u voldoende boter of olie. Dit kunt u al zien bij het koken van water, de hitte vormt een plek met verkleuringen die nauwelijks groter is dan het contactpunt van de vlammen. Voor het koken van water of het opwarmen van voedsel met veel kookvocht echter geen probleem.  Ook hier kunt u rustig met metalen lepels of -vorken gewoon in de pot of pan roeren. Voedsel verkleurt de titanium pot of pan niet.

De prijs van titanium geeft ruimte om dikkere of dunnere uitvoeringen te maken van kookgerei. Hiermee komt vooral, naast de prijs, vooral de stevigheid in het geding.


PTFE (Teflon).
PTFE c.q. PolyTetraFluoroEthyle alias teflon, het wondermiddel voor de onkundige koker. Het is één van de vier kunststoffen die tegen een hogere temperatuur kan. Teflon is een uitvinding van DuPont en kan tegen een gegarandeerde temperatuur van 260 graden celcius. Daar boven kan teflon slechts een kort moment. Boven de 300 graden celcius zal de (giftige) epoxy lijm afgebroken worden en beginnen de bekende stukjes na een tijdje los te laten. Deze coating is dus niet geschikt voor een houtvuur of het frituren van eten. Toch is er wel vooruitgang in ontwikkeling van de coating, maar dat is niet zo zeer de hogere temperatuur. Vooral de duurzaamheid van de coating is sterk verbeterd. Mijn advies is dit soort potten en pannetjes te negeren, tenzij je vooral op een alcoholbrander of gasstelletje gaat koken.

Algemeen.
Bij het lopen met een rugzak is iedere gram minder een gram die u niet mee hoeft te sjouwen. Een uitgebreide kookset is ook vaak helemaal niet nodig. Een mok, mestin en billycan is vaak voldoende.
Doe meer met minder is de insteek. Wildplukken is een goede aanvulling voor uw recepten. Neem de tijd voor het koken in de buitenlucht, dat is namelijk een mooi moment om te ontspannen.




Tips.

  • Zorg voor potten met een stevig handsvat of hengsel.
  • Neem één pot met tenminste 1,2 liter inhoud.
  • Goede deksels zijn voorzien van knoppen of  D-ringen die makkelijk met een handschoen vast te pakken zijn.
  • Voorkom aankoeken door iets meer boter of kookolie te gebruiken en vaker roeren in de pot of pan.
  • Een pot of billycan is simpel te gebruiken als een oven.
  • Gebruik een theedoek of t-shirt tegen het rammelen tijdens de tocht.
  • Zwarte potten en pannen (roet) in een hoes stoppen, dan pas in de rugzak. 
  • Creëer een anti-aanbaklaag met olie door je pan enige keren in te branden (seasonen).
  • Aangekoekte resten en vet kun je prima verwijderen met een schuurspons of wat zand, gras en/of papier.
  • Bij een houtvuur alleen koken (behalve water) op kooltjes en neem de tijd.
  • PTFE laag kapot ?  Vervang de pot of pan. 
  • PTFE laag niet op een houtvuur gebruiken.
  • Aluminium reageert met jodium wat wel eens gebruikt wordt om water te zuiveren. De werking zal sterk achteruit gaan.

Graag lees ik wat u gebruikt voor de kokerij en waarom.



maandag 2 november 2015

Firesteel, ferroceriumrod, fireflash, mischmetal om maar een paar populaire termen te noemen voor een stuk metaal wat vonken produceert. Als dan de voorbereiding goed is, gaan die vonkjes uw tondel of feathers ontsteken. Dat is toch de bedoeling?



Laten we alles even voor het gemak firesteel noemen. Uitgevonden door ene Baron Carl Auer von Welsbach rond 1903, destijds bekend als Auermetall (patent 1906). Inmiddels zijn er vele fabrikanten die dit produceren. Allemaal hebben ze een iets andere samenstelling, waardoor de hardheid, hoeveelheid vonken en de afgegeven temperatuur verschilt. Door deze verschillen werken sommige merken beter dan de andere.

Prijzen.
Op Ebay en Amazon zijn een aantal Chinese producenten in opkomst, sinds begin 2013 groeide het aantal Chinese aanbieders van firesteels explosief. Waar vroeger de B- en C merken deze aanboden op de lokale markt, gaan de Chinese fabrikanten veelal via direct-sale en niet zonder succes. De term "Made in China" heeft een bijsmaak voor veel "serieuze" gebruikers. Toch produceren ze in China ze ook hoogwaardige producten, maar deze hebben dan net zo goed een stevige prijs.

Een firesteel van Light My Fire of  Primus kost twee keer zo veel als een firesteel van o.a. Fostex, Fostex is een typisch B-merk, in de marketing een trendvolger genoemt. Waar zowel goede als minder goede producten in het assortiment zitten. De Action verkocht tijdelijk ook een firesteel. Kunt u stellen dat de prijs ook de kwaliteit aan geeft?

Schrapers.
Buiten de samenstelling van het hoofdonderdeel is er nog een onderdeel wat vaak 'irritatie' op wekt.
De schrapers.... Hoeveel schrapers ik niet vervloekt heb. Gewoonweg omdat de meeste merken hier geen aandacht aan besteden. Kennelijk een sluitpost van het product. Natuurlijk kunt u met een haakse rug van het mes schrapen, maar ik doe dit liever niet. Ook een firesteel-loop aan de schede is voor mij niet zo handig (mag iedereen voor zichzelf weten). Gewoon aan een sterk stuk touw met een mini-karabinertje aan de riemlus en de firesteel als single-item in de broekzak.

Vonken.
Hoe zachter het metaalmengsel is, des te beter is er vonkend materiaal af te schrapen. Tot bepaalde hoogte natuurlijk, te zacht en u verwijdert teveel materiaal zonder ontsteking. De firesteel gaat vervolgens ook nog eens korter mee. Veel fabrikanten hebben een 'geheime' mix. De meest voorkomende metalen die gebruikt worden zijn (percentages bij benadering);

  • IJzer (ferro) 19-21% 
  • Cerium 38% 
  • Lanthanum 22%
  • Neodymium 4%
  • Praseodymium 4%
  • Magnesium 2-4%

Daarnaast wordt de inhoud meestal chemisch behandeld om de kwaliteit  (lees ontsteking) te verbeteren. Het gebruikte cerium heeft een lage ontstekingstemperatuur van ongeveer 160 graden celsius en ontsteekt door middel van frictie. Hierdoor komen de andere metalen via een oxidatieproces in de juiste onstekingstemperatuur waardoor uiteindelijk vonken onstaan. Magnesium is het laatste ingrediënt wat brand, deze pept de temperatuur op tot net boven de 1600 graden celcius.


Dat is ruim voldoende voor hout, wat begint te onsteken op ongeveer 230 graden celcius (gasvorming, eerste fase), de echte verbranding begint vanaf  285 graden (tweede fase) oplopend tot zo'n 600 graden celcius, waarbij veel zuurstof vereist is.

U kunt dus aan de hand van de hoeveelheid magnesium bepalen of een firesteel, goede- en hete vonken produceert. Want hoe langer de vonk heet is, des te meer tijd om de tondel of houtkrullen te ontsteken.  






Hoe dan ook, dit stukje vonkmetaal heeft in zeer korte tijd een vaste plek in de uitrusting gevonden....

Andere middelen.
Uiteraard zijn er nog andere middelen om uw vuur te ontsteken. We zouden ze bijna vergeten. Een vergelijkbaar uitrustingsstuk is de Magnesium-Bar van Doan *, een stuk schraapbaar magenesium met een mini-firesteel op de zijkant. Voor sommigen te prefereren boven de firesteel. Of gewoon een goede aansteker, (storm) lucifers of bent u van de traditionele vuurslag?

Tot slot.
Graag lees ik uw ervaringen met de firesteel. Mijn aanbeveling gaat naar de Light My Fire of de Primus firesteel, neemt niet weg dat er ook andere goede merken verkrijgbaar zijn. Tegenwoordig worden de firesteels ook los verkocht om een handsvat aan te maken en eindigen als waar kunstwerk in de handen van de meester.


* Waarschuwing:  Op Ebay worden momenteel magnesium-bars aangeboden die niet werken (uit China). Deze zijn een stuk goedkoper dan de originele van Doan. Het magnesium onsteekt dan niet.


Bron: Wikipedia, Treibacher Industrie AG.



zondag 1 november 2015

Buiten zijn is frisse lucht en in de buitenlucht smaakt alles beter. Uw smaakpupillen zijn geactiveerd door de extra zuurstof. Vandaag weer een ode aan blikvoer (heel slecht volgens de krant, maar wie leest die nog?). Deze keer de beurt aan cornedbeef. Zoutig rundvlees in een vierkant metalen doosje, wat meestal open gaat. Soms niet, maar dan mag u de goden aanspreken....

Een goede maaltijd is belangrijk als u buiten actief bezig bent. Ook het voldoende nuttigen van water is sterk aanbevolen. In koud weer is warm eten ideaal om op temperatuur te blijven.

Ingrediënten.
Zoals de naam als zegt, is het eenvoudig eten. Het moet houdbaar zijn en vooral makkelijk verwerkbaar, aangezien er geen sterrenkoks in het veld zaten. Echter aan smaak geen gebrek. Als je nu van de 'wildpluk' bent, dan kun je best wat jong zevenblad of -brandnetel toevoegen. (wel eerst goed wassen natuurlijk).
 



Haw-chick... (dit is voor 4 personen c.q. porties).

  • 1 blik cornedbeef naar keuze (neem het merk die u lekker vindt).
  • 1 blikje tomatenpuree.
  • 1 grote ui.
  • 1 knoflookteen.
  • 1 kleine paprika (kleur maakt niet uit).
  • 1 snuf peper.
  • 2 theelepels italiaanse kruiden (optioneel).
  • 1/2 kop water.
  • 4 eetlepels kookolie.
  • 1 klontje suiker (optioneel).
  • Per outdoor-connaisseur die mee eet een kop 100 gram macaroni.
  • Harde italiaanse kaas (geraspt) (optioneel) uit een bus.








Bereiding.
Zet een pan op het vuur met ongeveer 1,5 liter water en wat kookolie, afhankelijk van het aantal eeters. Olie zorgt ervoor dat de macaroni niet snel aan elkaar blijft plakken. Indien het water kookt gooi dan de macaroni al roerend in het kokende water. Snelkokende macaroni is ongeveer 4-5 minuten, de rest is 7-8 minuten.


Snij de groenten fijn en bak deze in hete kookolie aan voor 5 minuten op wat kooltjes (gematigd vuur). Maak ondertussen het blik open en snij de cornedbeef in blokjes. Gooi deze bij de groenten, wat peper erbij en blijven roeren. Cornedbeef is zeer fijn en koekt dus snel aan. Zout of bouillon is niet nodig aangezien cornedbeef van zichzelf aardig zout is. 

Controleer de macaroni en indien klaar afgieten. Het afgietsel zou je eventueel kunnen bewaren om een warme soep mee te maken voor de ochtend. 

Open het blikje tomatenpuree en proef deze eerst op de zuurgraad. Indien het te zuur is, compenseer dit dan met wat suiker. Huppakee de puree erbij met een halve kop water, zodat de puree zich goed mengt. Eventueel wat italiaanse kruiden erbij.  Proef even of alles op smaak is, anders naar eigen smaak aanpassen.

Na een minuut of 7-10 is alles goed doorgewarmd, roer het geheel nog een keer door. 

Verdeel de macaroni op de borden en schep een deel van het cornedbeef-groenten mengsel op de elleboogjes. Even doorelkaar scheppen en afmaken met wat italiaanse harde kaas.

Yiiiihaaaa.... smullen maar!



TIP: Je kunt natuurlijk ook voorgebraden gehakt meenemen ipv cornedbeef.


zaterdag 17 oktober 2015

Navigatie is vaak een onderwerp waar veel mensen de mist mee in gaan. Vrouwen hebben zo wie zo een verkeerd richtingsgevoel en mannen zijn veelal te ijdel om op de kaart te kijken. Gelukkig hebben we hiervoor een kompas en GPS als prima alternatief voor de mens. Want rondjes lopen daar wordt u draaierig van. Kortom een kompas en GPS wijst u de weg zodat iedereen weer op zijn bestemming aan komt.

Ieder zoogdier heeft een dominant been (ook de mens valt hieronder), deze is sterker dan het minder dominante been. Ook al zet u het beste beentje voor, het dominante been maakt minder meters dan het niet dominante been. Het resultaat is dat u over langere afstand een rondje loopt. Loopt u door een bebost gebied dan wordt u nog sterker 'gedwongen' van uw rechte lijn af te wijken. U moet immers om wat bomen heen.

Nu heb ik zelf niets met een GPS voor  mijn bushcraft- of wandeltripjes. (in de auto is de routeplanner een handig apparaat) Gewoon lekker batterijloos een kompas en aanvullend natuurlijke navigatie tijdens mijn tochten, wonderwel kom ik altijd op mijn bestemming.

Het kompas.
Silva plaatkompas
Recta schietkompas


Wie ken deze kompassen niet? De plaatkompas en een schietkompas. Silva en Recta (Suunto), wereldwijd leiders in de kompasmarkt. Makers van kwaliteitskompassen.

Een kompas is even dom gezegd.een magnetische naald die reageert op het magnetisme in de aarde.
Het magnetisme van de aarde is niet overal gelijk en ligt iets afwijkend van het geografische (werkelijke) noorden. Op dit moment ligt deze tussen het geografische noorden,  Canada en Groenland en verschuift met de aardkorst richting Rusland met 15 kilometer per jaar.

Magnetische noorden Bron:Urania
De vloeibare ijzerkern van de aarde zorgt voor het ontstaan van dit magnetische veld. Doordat de ijzerkern in beweging en de aarde gekanteld (as) is, verschuift het magnetisme langzaam. De gekantelde as draait ook zeer langzaam rond. Dit magnetische veld is niet overal even sterk, verplaatst zich en neemt jaarlijks heel langzaam af (inclinatie). Om het verplaatsen te compenseren hebben sommige kompassen een declinatie-instelling. Deze is te berekenen aan de hand van een isogenenkaart. Nederland heeft een declinatiewaarde van 1 graad (oostelijk is positief, westelijk wordt negatief aangegeven), maar was in 1996 ongeveer 5 graden, dit kan in korte tijd wijzigen.


Iedere kaart is getekend naar het geografische noorden, tenzij anders aangegeven. Op sommige kaarten staan ook de afwijkingen aangegeven tussen het geografische en magnetische noorden. Aangezien dit verandert en mensen nu eenmaal veel aan het landschap wijzigen, is een recente kaart van belang. Het verschil tussen de geografische, oude declinatie en de nieuwe declinatie heet de miswijzing. Voor een LAW (Lange Afstand Wandeling) hoeft u zich niet zo druk te maken aangezien tijdens de tocht meerdere keren wordt gekeken naar kenmerken op een kaart. Die paar graden afwijking wordt dan gedurende de wandeling gecompenseerd. Een ander verhaal wordt dit in dichte bebossing, mist of landschap zonder verdere herkenningspunten.

Met een kompas zonder declinatie kunt u dus prima uit de voeten. Naast declinatie is er ook nog inclinatie. In de wereld zijn er vijf inclinatiezones. Een kompas was vroeger speciaal afgesteld op deze zones, noordelijk en zuidelijk halfrond, omdat anders het kompasnaald tegen de bodem werd getrokken. Met het nieuwe Global-system/Global-needle is de naald zodanig ontworpen en bevestigd dat deze altijd recht blijft. (Hieronder staat de Recta DS50 G, de G=Global System). Tegenwoordig zijn de huizen van deze kompassen gevuld met olie. Hierdoor is de naald gedempt, waardoor deze minder zenuwachtig reageert (Soms ontstaat er een luchtbel in de olie door luchtdrukverschil).



Kaarten.
Genoeg geneuzeld, maar wel belangrijk, we gaan verder. Een landkaart is niets anders dan een versimpelde weergave van een stuk land op een stuk papier met belangrijke kenmerken, lijnen en  herkenningspunten. Op een kaart is een legenda een verklaring voor de gebruikte kleuren en symbolen. Kaarten worden gemaakt op verschillende schalen en kunnen worden ingedeeld op topografischekaarten en thematischekaarten. Verder kunnen we kaarten aanduiden als kleinschalig (een schaal boven 1:10.000) en grootschalig (een schaal onder 1:10.000).


Volgende keer vertellen we wat meer over kaarten en het uizetten van een route.



woensdag 14 oktober 2015

Bushcrafters zijn een apart soort mensen, gelukkig mooie vriendelijke mensen. Zo apart dat ik ze de juwelen onder de bevolking beschouw. Bushcrafters houden van de natuur, daar hebben ze een speciale band mee. Zonder natuur geen bushcraft.

Daar is Jan (naam is aangepast), Jan is boswachter en BOA. Zo'n bonnenmeneer die af en toe zijn boekje moet luchten, zijn pen laten schrijven anders roest de pen vast. Jan houdt niet van vreemd volk in het bos die naast de paden loopt. U voelt hem al aankomen. Vanuit zijn semi 4x4 rijdt Jan over de paden door het bos op zoek naar vreemde zaken en criminaliteit.

Daar lopen twee mannen met grote rugzakken. "Stropers of wildkampeerders?". Die gaan we volgen, dat wordt een extra rondje. Jan raakt ietswat geïrriteerd en boos. Het is herfst en er is veel natuurschoon wat beschermd dient te worden!

Later op de dag ziet Jan de mannen weer, observerend vanachter een dikke boom. Ze hebben een tarpje gespannen en zijn bezig de grond schoon te vegen. "Dit wordt interessant" denkt Jan. Jan laat ze nog even begaan en telt denkbeeldig de bedragen al bij elkaar op. Vuurtje, wildkamperen, schade aan de natuur, buiten het pad, wildplukken.... dikke dertiende maand.

Als getuige staat er een groepje Amanita muscaria (vliegenzwam) naast een eik, die van kabouter Spillebeen. Grappig is dat die witte stippen altijd aan zijn broek blijven hangen. Zijn witte theedoek hangt de kabouter altijd aan de steel. Lijkt net een rokje. Maar kabouter Spillebeen is een jokkebrok.

Amanita muscaria (vliegenzwam) foto: Wikipedia

Iedere keer als boswachter Jan vraagt of er vreemde gasten in het bos zijn lacht de kabouter en zegt "Wat is vreemd? Het bos is van iedereen. Ik zie geen probleem. Nee ik heb niets gezien.". Dit irriteert Jan altijd want die Spillebeen houdt alles in de gaten. Jan heeft Spillebeen gevraagd om niet meer op de zwam te gaan zitten, anders kunnen de bezoekers in het bos de paddenstoel niet meer zien in volle glorie. Een vliegenzwam zonder stippen dat kan niet!

Jan ziet zijn natuurgebied graag als zijn tuin, het liefst met glazenwanden langs het pad. Alles keurig netjes afgescheiden en begrenst, bewondernatuur. Later die dag komt Jan bij de kampeerplek die eigenlijk geen kampeerplek is. Eigenlijk ziet het er wel netjes uit, maar dat mag de pret niet drukken. Het bonnenboekje komt al tevoorschijn. "Koffie ?" vraagt één van de bushcrafters. Jan is een beetje overdonderd, hij had eigenlijk een vijandige reactie verwacht. Hij wordt echter heel vriendelijk ontvangen.

De bushcrafters gaan het gesprek aan met Jan en vertellen ronduit over hun bedoelingen, ideeën en ervaringen, bushcraft en het "Leave no Trace" principe binnen de bushcraftgemeenschap. Jan realiseert dat dit geen stropers zijn, geen natuurafbrekers, geen criminelen. Bushcrafters met de "Leave no Trace" principe doen aan natuurbeleving, maar op een andere manier. Veel dichter bij de natuur dan de doorsnee bosbezoeker. Jan warmt zijn handen tevreden aan de kop met koffie, de bonnenboek blijft op zak. De kampeerplek werd de volgende ochtend netjes achtergelaten, precies zoals boswachter Jan het graag ziet.

En kabouter Spillebeen die liep die avond stilletjes voorbij, lachend, met de witte stippen op zijn broek.....










maandag 12 oktober 2015

Wij kaaskoppen hebben een ongelovelijk voordeel in de outdoor. Vergeet al die kant-en-klare dure zakken maar, met meestal een matige smaak. Harde kaas biedt voordelen op vele punten, we gaan verder met de revolutie der Nederlanden. Kaas is gewoon survivalvoer bij uitstek. Kaas is multi-inzetbaar. Een stukje goud uit de lagelanden. Ode aan zelf de maaltijd koken met kaas. Leest u even mee...


Kaas is behoorlijk voedzaam en ook nog eens lekker, maar staat binnen de outdoorwereld in een verloren hoekje. Bijna niemand die het stukje kaas serieus inpakt in de rugzak.

Kaas (belegen 48+, per 100 gram) bevat o.a.:
  • 382 kilocalorieën.
  • 1600 kiljoule.
  • 40 gram water.
  • 20 gram verzadigd vet.
  • 110 mg cholestorol.
  • Vitamine A, B1, B2, B11, B12, C en D.
  • Natrium.
  • Kalium.
  • Calcium.
  • Forfor.
  • IJzer.
  • Magnesium.

Buiten de voedzame voordelen heeft kaas nog meer voordelen
  • Buiten de koelkast redelijk lang houdbaar (donker, niet in de zon).
  • Zo op te eten.
  • Lekker over diverse (eenvoudige) gerechten.
  • Relatief goedkoop.
  • Per 100 gram behoorlijk wat energie, vitamines en mineralen.

Goed eten is belangrijk, vooral bij de langere afstanden met de (zware) rugzak.
Dat kost veel energie, voedzame gerechten en -smakelijke, zijn dan een must. Want dat veel gebruikte noodle-soepje gaat uiteindelijk vervelen. Kaas speelt dan een welkome rol in het eten, het is zo veelzijdig. Welke gerechten zijn dan mogelijk met kaas ? Zo uit het vuistje, op brood, op bannock, op pitabroodjes, als tosti (eventueel met bieslook, kraailook of daslook), op pizza, macaroni, spaghetti, door wildsalades, op hamburgers, op een stuk spek voor de interne kachel. Op een stuk chorizo of salami, etc. De mogelijkheden zijn eindeloos.

Voorbeeld recept voor outdoor macaroni uit de billycan:
  • 1 paprika (rood, geel of groen) in blokjes.
  • 1 ui in blokjes.
  • 150 gram voorgebraden gehakt.
  • Beetje peper en snuf zout.
  • 1 zakje Stroganoff-saus.
  • 250 gram macaroni (snelkokend) 4-5 min. klaar.
  • Scheutje olie (olijf olie) om te bakken.
  • 2 handjes kaasblokjes

Bak de gesneden uien, voorgegaard gehakt en de blokjes paprika in een pannetje met wat olie al roerend gaar. (15 minuten ongeveer). Zet dit hierna even apart, laat de smaken even mengen. Breng de macaroni aan de kook in iets ruim water (moet 3-4 cm diep onder water staan), kook deze gaar met de deksel op de billycan. Gooi het kookvocht niet weg, dit gebruiken we voor de saus. Strooi de stroganoffsaus bij de macaroni en roer dit goed door de macaroni, gooi hierna de kaasblokjes en het gehakt/uien/paprika mengsel erbij in de billycan. Peper en zout naar smaak. Flink roeren tot dat alles goed vermengd is.

Wilt u liever spaghetti ? Breek dan thuis de spaghetti in stukken van 3-4 cm groot. Met grote pitabroodjes kunt u makkelijk een pizza maken in de outdoor.

Voorbeeld recept voor outdoor pizza:
  • Groot pitabroodje of naanbrood.
  • 1 blikje tomatensaus (of puree).
  • 1 theelepel suiker om de evt. zure saus te compenseren.
  • paar plakken chorizo
  • handje vool kaasblokjes
  • 1 halve theelepel italiaanse kruiden.
Pak een pan (met deksel) en laat deze ietswat warm worden op matige kooltjes. Open het blikje tomatensaus en gooi hier de suiker in, indien de smaak ietswat zurig is. Snij een paar plakken chorizo van de worst. Smeer de saus op het pitabroodje, strooi de italiaanse kruiden op de saus. Beleg de pita met de chorizo en de kaasblokjes. Leg deze in de pan. Gebruik eventueel wat olie (olijf) in de pan. Langzaam bakken totdat de kaas gesmolten is. Verwijder eventueel wat kooltjes om het gaarproces af te stemmen, zodat het broodje niet (teveel) aanbrandt.


Smullen maar....

zondag 11 oktober 2015

De EHBO-kit. Wat een fantastisch onderwerp. Nergens schieten mensen zo van in de stress als dit onderwerp. Het lijkt af en toe wel een race wie de meest uitgebreide kit kan samenstellen, met als onderliggende vraag: "Wat als dit, wat als dat.." (Dit heeft goede en slechte kanten). Meestal slaan mensen dan door...

Een mobiele kit waarbij een chirurg jaloers op zou zijn, waarvan veel ruimte in de rugzak wordt opgegeven, is niet echt slim, ronduit onnodig. Ruimte die beter bewaard kan blijven voor andere uitrustingsstukken.

Kleine chirugen veldkit


Het is hoe dan ook slim om een kit samen te stellen voor je avonturen in de wildernis. Dan bedoel ik niet echt de "wildernis" van Nederland. Waar binnen één uur altijd medische hulp ter plekke is, dus een mobiele telefoon en een eenvoudige EHBO-kit volstaat.

Waterproof EHBO kit, handig voor in de kano.

Voor dat we echt van start gaan, is de eerste regel dat de kit EHBO is. Eerste Hulp bij Ongelukken...even nog een keer, mocht je het gemist hebben: Eerste Hulp bij Ongelukken. Vergeet de chirugen-setjes uit het leger maar. Hiervoor dien je gekwalificeerd te zijn, net als het aanbrengen van infuusnaalden. Dat mag u ook niet zomaar doen. Weet hoe u de inhoud van de kit moet gebruiken.

Regelmatig onstaat er meer schade door ondeskundig gebruik, dan door de wachttijd. Voorbeeld is een tourniquet aanleggen bij een simpele beenbreuk. Mijn advies is dan ook, volg een goede EHBO-cursus indien u echt voor langere tijd en ver de wildernis in wilt.

Wildernis-EHBO wat is dat? Soms zie je de term wildernis-ehbo cursus voorbij komen. Dit soort cursussen kun je opdelen in drie soorten:  een beperkte EHBO cursus, een nuttige uitbreiding op de EHBO cursus of een combinatie van EHBO en de uitbreiding. Kijk dus goed wat de inhoud van deze cursus is en of er een einddatum op het (erkende) certificaat zit.

Tips en wijsheden:
  • Kies een evenwichtige kit op maat, lichte kit voor de rugzak, uitgebreidere kit in de auto. Voor groepen (basiskamp) kun je een uitgebreide kit nemen naar ratio. 
  • Direct aanvullen wat gebruikt is en controleer regelmatig de uiterste gebruiksdatum.
  • Wees realistich in de eigen kunnen op EHBO gebied.
  • Veiligheid en gezond verstand zijn de eerste laag van bescherming.
  • Volg een goede EHBO (wildernis) cursus.
  • Laat reisinformatie achter bij instanties en familie.
  • Een communicatie middel (SATphone of een SPOT) is altijd een onderdeel van een goede kit voor in de echte wildernis. Blijf je in relatief bevolkt gebied dan zul je bijna altijd met een GSM af kunnen.
  • Steeds meer hulpdiensten zijn GPS-coördinaten geörienteerd.

Wat valt onder een wond. 
Een wond is een beschadiging van de huid, onderliggend bindweefsel, bloedvaten, zenuwen of organen. Ook kan er bloed of weefselvocht vrijkomen. De aard en de ernst van wonden is sterk afhankelijk van de plaats, grootte, diepte en verontreiniging.


Meest voorkomende wonden.
De meest voorkomende wonden zijn blaren (voeten en handen), snijwonden, schaafwonden, brandwonden (vuur) en bijtwonden. Hiervan kunnen de meeste simpelweg met een gaasje- of pleister behandeld worden. Brandwonden moeten anders worden behandeld. Water en brandwondengel is dan de oplossing (tot 1e graads), rest is naar het ziekenhuis/dokter.

Minder voorkomende verwondingen.
Minder voorkomende wonden zijn verstuikingen, kneuzingen, gebroken botten.
Verwondingen aan de interne organen, zoals hersenen en/of gescheurde lever, gebroken beenderen (na stabilisatie) is echt ziekenhuiswerk!

Inrichten van de EHBO-kit.
Zoals al eerder genoemd, richt u de kit vooral in op veel voorkomende (kleine) verwondingen. De grotere wonden kunnen alleen worden behandeld door een arts. Wat u bij de EHBO vooral leert is stabileren, verbinden en eventueel transportbaar maken (tot zekere hoogte). Let vooral op de uiterste gebruiksdatum (2x per jaar controleren van je kit), direct aanvullen wat gebruikt is. Hieronder een voorbeeld van een persoonlijke standaard kit voor in de rugzak, die voor vele avonturen voldoet.

  • Pleisters in drie formaten, daarnaast wat zwaluw pleisters. 20 strips.
  • Gaasjes (steriel verpakt) 4x
  • zwachtel 1-2mtr 1x 
  • Verband 2x
  • Naald (doorprikken van blaren) 2x
  • Chirurgenmesje 2x
  • Veiligheidsspelden 4x
  • Onsmettingsmiddel 1x
  • Brandwondengel sachet (burnjel of burnschield) 3x
  • Pijnstillers, combinatie van ibuprofen en paracetamol 10 st.
  • Reserve medicatie
  • Goede pincet 1x
  • Goede Anti-tekentangset 1x (zelf goede ervaring met de teken-lasso)
  • Kleefpleisterband * (evt. ducktape werkt ook prima)
  • Driekantendoek * (evt. een grote sjaal in de uitrusting)
  • ORS 2 zakjes
  • Reddingsdekens, folie 2x
  • Goede verbandschaar
  • Handschoenen, rubber (steriel verpakt)
  • Adresgegevens: familie en ziekenhuis/dokter in verblijfsgebied.

Niet nodig, maar sterk aanbevolen:
  • Israeli bandage 1x
  • Vergrootglas (verwijderen splinters) * (evt. op kompas of in de vuurkit)
  • Spiegeltje * (evt. in toilettas of op het kompas).

De tas waarin alles past.
Minstens zo belangrijk is de tas waarin alles past. Niets is zo vervelend om al bloedend door de rugzak heen te graaien. Hou de EHBO-kit dus onder handbereik of in een makkelijk toegankelijke zijzak op de rugzak. Daarnaast moet het tasje eenvoudig te openen zijn. Soepele lange rits, waarbij het geheel helemaal open klapt. Geen tasjes nemen die zo krap zijn, waarbij je alleen met drie vingers een pleister kan pakken.

Slechts gedeeltelijk te openen, vermijden dus!


Deze is makkelijker te openen en niet te groot.

Het tasje hierboven is geheel te openen en heeft genoeg ruimte voor wat extra zaken, daarnaast heeft het een nette indeling. Zoek geen takje met zakjes in zakjes. Indien je een snijwond hebt aan de hand, wil je met de beschikbare hand snel de pleister kunnen pakken. Voor in de kano is een dry-bag versie een optie. Vul deze dan zo dat u eventueel de inhoud eruit kan schudden met één hand.

Conclusie. 
U kunt uzelf veel geld besparen door vaak een standaard EHBO-kitje te kopen (soms in de aanbieding bij uw apotheek) met een aantal aanvullingen, deze voldoet voor vele avonturen. Wees kritisch op het tasje, koop desnoods een los tasje welke wel voldoet. Een zeer uitgebreide kit samenstellen is meestal niet nodig en kost veel geld. Met de bovenstaande inhoud kunt u met een veilig gevoel de wildernis in. Een EHBO cursus is altijd nuttig! Train uzelf om met één hand een verband aan te leggen. Ducktape werkt zeer goed om verband mee vast te maken, als steun of als tweede huid bij blaren. De driehoeksdoek kan vervangen worden door een grote sjaal of shemagh.

Kijk of uw EHBO-kit (nog) voldoet!



donderdag 8 oktober 2015

Waar gehakt wordt vallen spaanders, is het spreekwoord. Welke bijl u dan moet gebruiken, wordt niet vermeld. Met bijlen is het net als met messen, iedereen heeft er wel een mening over en zijn- of haar eigen favoriet (ja ook vrouwen doen aan bushcraft). Dit stuk gereedschap is eigenlijk onmisbaar binnen de bushcraft.

Althans sommigen hebben genoeg aan een klapzaag naast het mes. Waar anderen de bijl kiezen als compagnon van het trouwe mes. Een bijl is zoveel meer, denk eens aan het bewerken van hout, zoals lepels en kuksa's.

Genoeg over het sentimentele. Een bijl is een uitstekend stuk gereedschap die de mens al duizenden jaren voorziet in het handig hakken van hout en soms dienst doet in de keuken (laat de oorlogen even buiten beschouwing).

De keuze van de juiste bijl is voor u misschien anders dan voor mij. Het is verstandig om de juiste bijl te kiezen op basis van de werkzaamheden die u er het meest mee zult uitvoeren.

Als bushcrafter heb je dan als eerste te maken met de limiet van de portabiliteit. Kortweg hij moet in/aan de rugzak passen. Stelen langer dan 60-70cm passen nu eenmaal niet goed in de zak. Aan de buitenkant zou een optie kunnen zijn, maar ook dan is een te lange steel niet erg handig.

4 verschillende bijlen.
Toch zou ik in de winter waarbij veel hout nodig (vellen) is voor het kampvuur kiezen voor een maatje groter, daar zou een 70-75cm steel wel een valide keuze zijn. Gewoonweg omdat je in de winter wel hele (dode) bomen moet vellen om het vuur te voorzien van voldoende brandstof.

De Bijlen.
Boven ziet u van links naar rechts:  Bushman-axe 'Les Stroud' (Wetterlings),  Campaxe (Bahco), Small Forest Axe (Gränsfors Bruks) en de Hatchet (Husqvarna). Op de Bahco na zijn alle koppen gemaakt van 'handforged' staal. Dat handforged is een beetje betrekkelijk, want er worden veelal mechanische hamers gebruikt bij het smeden. Het leuke aan de Gränsfors Bruk bijl is dat de smid zijn initialen er in slaat. Op de website http://www.gransforsbruk.com kun je de volledige naam terug vinden. Bij de Bahco wordt de kop niet met de 'hand' beetgehouden, maar compleet machinaal bewerkt. Dit is met name te zien aan de gave afwerking, die bij handforged bijlen imperfecties bevatten (niet op het scherp).

Prijzen.
Ook bij bijlen is 'alle waar naar zijn geld'. De campaxe kostte mij een derde van de prijs van de small forest axe. Een goede bijl is absoluut zijn prijs waard. Negentig euro voor een goede bijl is pittig, maar bij goed onderhoud en normaal gebruik gaat deze bijl je een leven lang mee. Zijn er dan geen shortcuts naar een goede bijl? Jazeker wel. Tweede hands kan aanzienlijk schelen, of het zelf restaureren van een oude (geen klusmarktbijl) bijl is leuk, leerzaam en ook een stuk goedkoper.

De bijl in onderdelen.
Laten we eerst de bijl in stukken hakken om te weten waar we over lezen.


Zoals je ziet heeft ieder onderdeel van de bijl een naam. Laten we beginnen met de steel, daarvoor komen twee soorten hout in aanmerking die boven alle houtsoorten uitsteken; hickory en essen. Deze houtsoorten krimpen nauwelijks waardoor de bijlkop goed vastgezet kan worden. De nerf van de steel moet zo goed als parallel lopen met de bijlkop (op de kop-scherp lijn). Hickory is minder kritisch, maar ook daar het liefst parallel aan de bijlkop.

De nerf loopt hier iets schuin weg, dit is nog steeds acceptabel

Nerven die haaks op de bijlkop staan, dan zal de steel sneller breken. Indien je de mogelijkheid hebt, koop dan de bijl na fysieke inspectie. Of spreek met de webwinkel af wat je eisen zijn. Een goede verkoper zorgt voor zijn klanten.

De steel moet recht in de kop zitten, de teen van de knop staat dus in dezelfde richting, in het midden, als het scherp. De steel mag niet te ruw zijn en de knop moet groot genoeg zijn zodat de bijl niet uit je handen schiet. Ook net onder de bijlkop, bij de schouder moet de steel goed in de hand liggen. In bushcraft is de schouder een belangrijke plek voor de fijnere werkzaamheden, zoals bij lepelsnijden. De kop moet daar goed afgewerkt zijn, dus geen ruw staal.

Een goede steel is niet gelakt of geverft, dit geeft blaren. Indien dit wel het geval is, dan is een schuurpapier en daarna wat lijnzaad- of zonnebloemolie gecombineerd met ellebogenstoom de oplossing.

De Bahco heeft duidelijk een schuurpapiertje nodig!

De bijlkop kan verschillende vormen hebben, zelf heb ik een hekel aan de duitse waaiervorm. Maar dat is persoonlijk. Ik heb liever een compactere kop, de plek van inslag is dan kleiner, maar dieper. Jagersbijlen zijn aan de achterkant vaak afgerond, zo kunnen ze worden gebruikt om de huid van wild te lossen.


Les Stroud had een andere visie qua bijlkopvorm. De Canadees wilde een bijl die beter was in splijten dan de populaire small forest axe, een langere steel voor de slagkracht en toch nog handelbaar voor de fijnere taken. De steel is ongeveer 62cm en voldoet hiermee aan de Canadese minimumnorm voor wildernistochten.
De hamer aan de achterkant is een praktische toevoeging.


Links ziet u de small forest axe, rechts de hatchet van Husqvarna. De kop van de Husqvarna is meer een algemene (beetje van alles) bijlkop, de bijlkop van Gränsfors Bruk is meer een snijdende bijl (dunnere welving), wat voor sommige bushcrafttaken beter tot zijn recht komt. Een dunne welving splijt minder goed. De kop heeft de neiging sneller vast te zitten. In de praktijk is er nog een truuk om dit te compenseren, door bij inslag de bijl een twistactie te geven, waardoor het blad het hout schuin wegdrukt.

Small Forest Axe
De kop van de small forest axe is duidelijk anders, een typische scandinavische bijlkop met grote oren en een diepe hiel, welke bij het fijne werk de vingers ietswat beschermd. Niet voor niets een populaire keuze bij bushcrafters.



Links de bushman axe van Wetterlings, rechts de campaxe van Bahco. De bushman axe heeft een duidelijk dikkere kop waardoor splijten veel makkelijker gaat, het scherp is toch net aan dun genoeg om te snijden, weliswaar minder goed dan de small forest axe. De Bahco heeft weer een algemenere vorm zoals de Husqvarna. Het andere voordeel is dat de bushman axe een goede sterke hamerkant heeft.

Waar de andere bijlen tenminste 50cm groot zijn, is de hatchet met 40cm duidelijk kleiner. Een veel gemaakte vergissing is dat kortere bijlen veiliger zijn dan lange bijlen. Dit is niet per definitie zo, maar dit valt onder de cursus "veilig werken met een bijl". De hatchet heeft door de steel en trekkende actie. De bijl wil dus naar voren, waar de andere merken deze actie minder hebben.

De vorm van de steel zorgt voor een trekkende actie.
De bijlkop is goed, maar de bijl staat op de nominatie voor een andere steel.
(Tip: bij Hornbach kunt u goede essen bijlstelen kopen, wel even blankschuren, oliën en let goed op de nerf). Ik kan maar niet wennen aan de voorwaartse actie. De steel wordt dan een 50cm steel. Hierdoor wordt de slagkracht vergroot.

De Bahco heeft een iets zachter soort staal, waardoor deze iets vaker geslepen moet worden dan de andere bijlen, die duidelijk een langere standtijd hebben. Toch valt de campaxe niet tegen, in tegenstelling tot de andere modellen van Bahco. Gekocht in de winkel moet deze flink over de slijpsteen, de convex slijphoek is veel te kort. Waar de andere bijlen haarscherp van de fabriek komen, door de langere en betere convex slijphoek.

De twee favorieten.
Wetterlings en Gränsfors Bruk zijn aan elkaar gewaagd (sinds kort hetzelfde moederbedrijf, echter nog steeds aparte fabrieken en verkoopkanalen). Beide merken hanteren hoge kwaliteitsnormen. Husqvarna is een goede derde. Bahco is helaas niet constant met zijn bijlen, waar gereedschappen juist wel top-notch zijn.

In mijn ogen dient een goede bushcraftbijl minimaal 50cm groot te zijn. Net genoeg slagkracht om een boom te kunnen vellen (twee handen) en klein genoeg om in de rugzak te passen. Daarnaast is de keuze, splijten of snijden. Ik gebruik mijn bijl meer om te splijten en minder vaak om te snijden...

Onderhoud.
Een bijl heeft soms wat liefde nodig. Maak na gebruik de bijl schoon, geef de steel en kop enkele malen per jaar een likje lijnzaad- of zonnebloemolie. De schede ontdoen van zand met een zachte borstel (oude tandenborstel) en met wat lederwas (bijenwas) insmeren. De bijl na gebruik scherp opbergen.



Welke bijl is uw favoriet ?











Subscribe to RSS Feed Follow me on Twitter!